Search
Feedback
About
Help
News
Dissertation
ISBN: 9789461971005 Year: 2013 Publisher: Leuven KU Leuven. Faculteit Geneeskunde. Departement Maatschappelijke gezondheidszorg
Abstract | Keywords | Export | Availability | Bookmark
Loading...Choose an application
- Reference Manager
- EndNote
- RefWorks (Direct export to RefWorks)
Book
Year: 2004 Publisher: Brussel Federatie van Wit-Gele Kruisverenigingen van Vlaanderen
Abstract | Keywords | Export | Availability | Bookmark
Loading...Choose an application
- Reference Manager
- EndNote
- RefWorks (Direct export to RefWorks)
Dissertation
Year: 2005 Publisher: Leuven K.U.Leuven. Faculteit Geneeskunde
Abstract | Keywords | Export | Availability | Bookmark
Loading...Choose an application
- Reference Manager
- EndNote
- RefWorks (Direct export to RefWorks)
Book
Year: 1993 Publisher: Leuven KUL. School voor maatschappelijke gezondheidszorg
Abstract | Keywords | Export | Availability | Bookmark
Loading...Choose an application
- Reference Manager
- EndNote
- RefWorks (Direct export to RefWorks)
Dissertation
ISBN: 9789082823004 Year: 2018 Publisher: Leuven KU Leuven. Faculty of Medicine
Abstract | Keywords | Export | Availability | Bookmark
Loading...Choose an application
- Reference Manager
- EndNote
- RefWorks (Direct export to RefWorks)
Dissertation
Year: 2007 Publisher: Leuven K.U.Leuven. Faculteit Geneeskunde
Abstract | Keywords | Export | Availability | Bookmark
Loading...Choose an application
- Reference Manager
- EndNote
- RefWorks (Direct export to RefWorks)
Dissertation
ISBN: 9789461652959 Year: 2019 Publisher: Leuven Leuven University Press
Abstract | Keywords | Export | Availability | Bookmark
Loading...Choose an application
- Reference Manager
- EndNote
- RefWorks (Direct export to RefWorks)
Because of a falling back of birth rates and because of the fact that people are living longer, several countries across the world are faced with a population that is getting older. In Belgium it is estimated that by 2050, 25.7% of the Belgian population will be 65 years or older. Together with an increasing shortage of formal and informal caregivers to support older people, it is justified to ask the question how person-centred care, care that strengthens the quality of life of older individuals, can be guaranteed.Next to this demographic evolution, societies are also marked by their use of technology and their technological developments. It should not surprise us then that technology is being used in aged care. One of the technological developments of the last decade that is thought of to have great potential in aged care, is the development of robotics. We differentiate assistive robots from social robotics. Social robotics can be further divided into companionship robots and service robots. Service robots are also called socially assistive robots, or SARs, because they mostly combine a (physically) assistive function with social (sophisticated) capabilities. This project will focus on this type of robotics.The use of SARs in aged care confronts us with a new vision of what aged care is, can and should be. The 'robotic solution' leads to several ethical concerns (privacy, objectification of the elderly, dehumanization of society and care,...). Ethical reflection and research related to this technological development has increased in recent years and starts from three different ethical traditions, principle approach, capabilities approach and care ethics. This research finds its place in the latter tradition.The overall aim of this project is to formulate an ethical approach that can guide the reflection on the possible use of SARs in aged care. This overall aim is based on a dialogue between the perceptions of elderly themselves with regard to the use of SARs in aged care, already existing philosophical-ethical concepts and applied ethical argumentation. Because of this basis the overall aim of this project is divided into three sub-aims, each related with a specific research line. 1) The first sub-aim is to gain insight into older individuals' perceptions regarding the ethically sensitive issues in the use of SARs in aged care (empirical research line). 2) The second sub-aim is to gain insight into the foundational philosophical-ethical argumentation and concepts regarding the use of SARs in aged care (philosophical-ethical research line). 3) To formulate ethical considerations and recommendations with regard the possible use of SARs in aged care (applied ethical research line).This project wants to be a contribution in the debate about the use of robotics, in overall technology, in care, specific aged care. By this, we hope to contribute to a better and more dignity-enhancing conception of aged care.
Dissertation
Year: 2023 Publisher: Leuven KU Leuven. Faculteit Geneeskunde
Abstract | Keywords | Export | Availability | Bookmark
Loading...Choose an application
- Reference Manager
- EndNote
- RefWorks (Direct export to RefWorks)
Achtergrond: Sinds een aantal jaren is er een groeiende aandacht voor ouderen die levensmoe zijn. Deze ouderen ontwikkelen het gevoel dat hun leven niet meer de moeite waard is en melden soms een bijbehorende doodswens. Hoewel er toenemende aandacht is omtrent levensmoeheid bij ouderen, is onderzoek hierover nog in opkomst. Er is nog maar weinig geweten over de daadwerkelijke ervaringen omtrent levensmoeheid bij ouderen. Doel: Deze scoping review werd uitgevoerd om het fenomeen levensmoeheid beter te leren begrijpen. De ervaring van levensmoeheid werd bestudeerd vanuit verschillende perspectieven, namelijk die van de ouderen, zorgverleners en naasten. Design & methode: De PRISMA extensie voor Scoping Reviews (PRISMA-ScR) werd gebruikt tijdens het uitvoeren van deze scoping review. Een zoekstring werd opgesteld met als hoofdconcept “levensmoeheid”. Vervolgens werd deze ingegeven in Pubmed, Embase, Web of Science en Cinahl. 6570 resultaten werden bekomen. Na verwijderen van duplicaten en twee screeningsronden bleven vijf artikelen over. Aan de hand van de sneeuwbal methode werden nog eens vijf artikelen geïncludeerd. In totaal werden 10 artikelen gebruikt om de onderzoeksvraag te beantwoorden. Vooraf werd een kwaliteits- en sensitiviteitsanalyse uitgevoerd. Resultaten: Slechts een beperkt aantal studies spreken zuiver over de ervaringen rond levensmoeheid bij ouderen. De ervaring van disconnectie, aantasting van waarde/betekenis en het verlies van controle en autonomie waren thema’s die in alle geïncludeerde studies terugkwamen. Levensmoeheid is een complex proces dat bij iedere oudere op een andere manier ontstaat en zich ook anders uit. Het is daarom voor zorgverleners bijzonder moeilijk om deze te herkennen. Ook blijken zowel de ouderen als zorgprofessionals veel moeite te hebben met het communiceren over levensmoeheid en weten ze niet hoe hier adequaat mee om te gaan. Een doodswens wordt vaak gezien als een manier om terug controle te krijgen over zijn of haar eigen situatie. Het is een manier om het lijden te beëindigen en verdere aftakeling te vermijden. Conclusie: Deze scoping review geeft een overzicht van de beschikbare wetenschappelijke evidentie betreffende de ervaringen rond levensmoeheid bij ouderen. Sleutelervaringen zijn geïdentificeerd die een beeld vormen over de lived experiences van ouderen die levensmoeheid ervaren. Een verband tussen levensmoeheid, een doodswens en existentiële eenzaamheid kan gesuggereerd worden. Implicaties voor onderzoek en praktijk: Dit onderzoek levert een beginnend inzicht in de ervaringen rond levensmoeheid en zet aan tot verder (longitudinaal) empirisch onderzoek waarbij een beter begrip van de essentie van de individuele ervaring van levensmoeheid door ouderen, naasten en zorgverleners wordt onderzocht. Onderzoek moet zich niet enkel focussen op de ervaringen van ouderen zelf, maar ook het perspectief van naasten en zorgverleners onderzoeken. Hier is nog uitermate weinig evidentie over gekend. Ook moet het mogelijke verband tussen levensmoeheid en een doodswens en existentiële eenzaamheid verder onderzocht worden.
Dissertation
Year: 2020 Publisher: Leuven KU Leuven. Faculteit Geneeskunde
Abstract | Keywords | Export | Availability | Bookmark
Loading...Choose an application
- Reference Manager
- EndNote
- RefWorks (Direct export to RefWorks)
Abstract Achtergrond. Tijdsdruk in de zorg heeft een negatieve impact op de gemoedstoestand en de performantie van verpleegkundigen wat leidt tot stress en oververmoeidheid. Laatstejaarsstudenten komen op stage eveneens in aanraking met tijdsdruk. Daarnaast heeft het leerproces op stage een invloed op de klinische praktijkvoering in het latere werkveld. Praktijklectoren ondersteunen laatstejaarsstudenten in het ontwikkelen van competenties gericht op het adequaat organiseren van zorg en het ontwikkelen van copingstrategieën om met stress om te gaan. Hoe laatstejaarsstudenten worden voorbereid specifiek op het omgaan met tijdsdruk is echter onduidelijk. Doelstelling. Het doel van de studie is het exploreren van de rol van praktijklectoren in het begeleiden van laatstejaarsstudenten in het omgaan met tijdsdruk in de zorg. Design. Er werd gebruik gemaakt van een kwalitatief design met een Grounded Theory benadering volgens Corbin en Strauss (1990). Methodologie. Een doelgerichte steekproefmethode leidde tot de inclusie van 14 praktijklectoren uit twee onderwijsinstellingen in Vlaanderen. Data werden verzameld aan de hand van individuele, semigestructureerde interviews en werden geanalyseerd met behulp van QUAGOL (Qualitative Analysis Guide of Leuven) en NVIVO12. Resultaten. Praktijklectoren nemen een coachende rol op in het ontwikkelen van vaardigheden van laatstejaarsstudenten ten aanzien van zorgorganisatie en reflectie, nodig om effectiever met tijdsdruk om te kunnen gaan. Door het welbevinden van de laatstejaarsstudenten voorop te stellen en hun eigen verwachtingen af te stemmen op de laatstejaarsstudent en de afdeling, trachten praktijklectoren het leerklimaat positief te beïnvloeden opdat leerkansen optimaal kunnen worden benut. Toch geven praktijklectoren aan slechts een beperkte rol op te nemen door de aanwezigheid van een aantal weinig beïnvloedbare factoren: persoonseigenschappen van de laatstejaarsstudent, rol van de afdeling en de beperkte aanwezigheid van de praktijklector op de stageplaats. Conclusie. Praktijklectoren geven aan dat hun rol in het begeleiden van laatstejaarsstudenten met het omgaan met tijdsdruk beperkt is. De samenwerking met de verpleegkundigen van de afdeling en de visie vanuit de onderwijsinstelling spelen een rol in de perceptie van tijdsdruk en de competenties nodig om er mee om te gaan. De focus van de begeleiding ligt op zorgorganisatie en het verwerven van inzicht in het eigen functioneren. Relevantie voor de praktijk. Een aanbeveling voor de praktijk is het verduidelijken van de visie van de onderwijsinstelling en de competenties nodig om laatstejaarsstudenten beter voor te bereiden op het omgaan met tijdsdruk. De beperkte tijd van praktijklectoren in het begeleiden van studenten, kan ertoe leiden dat het leren omgaan met tijdsdruk eerder weggelegd lijkt te zijn voor de verpleegkundigen op de afdeling. Verduidelijken van wederzijdse verwachtingen tussen onderwijsinstelling, praktijklector en de afdeling kan bijdragen aan een betere voorbereiding op tijdsdruk in het latere werkveld.
Dissertation
Year: 2023 Publisher: Leuven KU Leuven. Faculteit Geneeskunde
Abstract | Keywords | Export | Availability | Bookmark
Loading...Choose an application
- Reference Manager
- EndNote
- RefWorks (Direct export to RefWorks)
Achtergrond: Sinds een aantal jaren is er een groeiende aandacht voor ouderen die levensmoe zijn. Deze ouderen ontwikkelen het gevoel dat hun leven niet meer de moeite waard is en melden soms een bijbehorende doodswens. Hoewel er toenemende aandacht is omtrent levensmoeheid bij ouderen, is onderzoek hierover nog in opkomst. Er is nog maar weinig geweten over de daadwerkelijke ervaringen omtrent levensmoeheid bij ouderen. Doel: Deze scoping review werd uitgevoerd om het fenomeen levensmoeheid beter te leren begrijpen. De ervaring van levensmoeheid werd bestudeerd vanuit verschillende perspectieven, namelijk die van de ouderen, zorgverleners en naasten. Design & methode: De PRISMA extensie voor Scoping Reviews (PRISMA-ScR) werd gebruikt tijdens het uitvoeren van deze scoping review. Een zoekstring werd opgesteld met als hoofdconcept "levensmoeheid". Vervolgens werd deze ingegeven in Pubmed, Embase, Web of Science en Cinahl. 6570 resultaten werden bekomen. Na verwijderen van duplicaten en twee screeningsronden bleven vijf artikelen over. Aan de hand van de sneeuwbal methode werden nog eens vijf artikelen geïncludeerd. In totaal werden 10 artikelen gebruikt om de onderzoeksvraag te beantwoorden. Vooraf werd een kwaliteits- en sensitiviteitsanalyse uitgevoerd. Resultaten: Slechts een beperkt aantal studies spreken zuiver over de ervaringen rond levensmoeheid bij ouderen. De ervaring van disconnectie, aantasting van waarde/betekenis en het verlies van controle en autonomie waren thema's die in alle geïncludeerde studies terugkwamen. Levensmoeheid is een complex proces dat bij iedere oudere op een andere manier ontstaat en zich ook anders uit. Het is daarom voor zorgverleners bijzonder moeilijk om deze te herkennen. Ook blijken zowel de ouderen als zorgprofessionals veel moeite te hebben met het communiceren over levensmoeheid en weten ze niet hoe hier adequaat mee om te gaan. Een doodswens wordt vaak gezien als een manier om terug controle te krijgen over zijn of haar eigen situatie. Het is een manier om het lijden te beëindigen en verdere aftakeling te vermijden. Conclusie: Deze scoping review geeft een overzicht van de beschikbare wetenschappelijke evidentie betreffende de ervaringen rond levensmoeheid bij ouderen. Sleutelervaringen zijn geïdentificeerd die een beeld vormen over de lived experiences van ouderen die levensmoeheid ervaren. Een verband tussen levensmoeheid, een doodswens en existentiële eenzaamheid kan gesuggereerd worden. Implicaties voor onderzoek en praktijk: Dit onderzoek levert een beginnend inzicht in de ervaringen rond levensmoeheid en zet aan tot verder (longitudinaal) empirisch onderzoek waarbij een beter begrip van de essentie van de individuele ervaring van levensmoeheid door ouderen, naasten en zorgverleners wordt onderzocht. Onderzoek moet zich niet enkel focussen op de ervaringen van ouderen zelf, maar ook het perspectief van naasten en zorgverleners onderzoeken. Hier is nog uitermate weinig evidentie over gekend. Ook moet het mogelijke verband tussen levensmoeheid en een doodswens en existentiële eenzaamheid verder onderzocht worden.