Narrow your search

Library

KU Leuven (80)

KBR (4)

AP (3)

Odisee (3)

Thomas More Kempen (3)

UCLL (3)

VIVES (3)

Arteveldehogeschool (2)

EhB (2)

Hogeschool Gent (2)

More...

Resource type

dissertation (74)

book (11)

digital (2)


Language

Dutch (73)

English (13)

French (1)


Year
From To Submit

2023 (6)

2022 (8)

2021 (4)

2020 (10)

2019 (12)

More...
Listing 21 - 30 of 87 << page
of 9
>>
Sort by

Dissertation
De ervaring van mantelzorgers omtrent vrijheidsbeperkende maatregelen in de thuiszorg

Loading...
Export citation

Choose an application

Bookmark

Abstract

Achtergrond Het aantal thuiswonende zorgafhankelijke en kwetsbare ouderen met cognitieve en functionele beperkingen neemt toe, waardoor er ook een toename is in het gebruik van vrijheidsbeperkende maatregelen in de thuiszorg. Mantelzorgers zijn het meest betrokken bij de beslissing en de toepassing van vrijheidsbeperkende maatregelen in de thuiszorg. Omwille hiervan is er nood aan diepgaander inzicht in de rol, de betrokkenheid en de beleving vanuit het perspectief van de mantelzorgers. Methodologie Om inzicht te verwerven in de ervaring van mantelzorgers omtrent het toepassen van vrijheidsbeperkende maatregelen in de thuiszorg werd er een kwalitatief exploratief onderzoek uitgevoerd. Bij tien mantelzorgers werd een semi-gestructureerd diepte-interview afgenomen. Vervolgens werd de interviewdata geanalyseerd aan de hand van de Quagol guide. Resultaten Uit deze studie blijkt dat veiligheid centraal staat in de ervaring van mantelzorgers in het toepassen van vrijheidsbeperkende maatregelen in de thuiszorg. De mantelzorgers in deze studie ervaren een gevoel van rust en een gevoel van goede zorg te verlenen wanneer de persoon waarvoor ze zorgen in hun opzicht veilig is. De vrijheidsbeperkende maatregelen voorkomen volgens deze mantelzorgers valincidenten en dwaalgedrag, wat een positieve attitude met zich meebrengt. Toch ervaren deze mantelzorgers soms schuldgevoelens. Verder zorgt het toepassen van vrijheidsbeperkende maatregelen ervoor dat deze mantelzorgers ontlast worden en dat ze de zorg voor hun naaste thuis kunnen blijven verlenen.  Conclusie De resultaten van dit onderzoek tonen aan dat mantelzorgers het toepassen van vrijheidsbeperkende maatregelen als veilig ervaren en het voor hen mogelijk maakt om thuis voor hun naaste te blijven zorgen. Deze ervaringen brengen een positieve attitude met zich mee. Daarnaast doen deze resultaten ons vermoeden dat mantelzorgers weinig kennis hebben omtrent het toepassen van vrijheidsbeperkende maatregelen. Verder onderzoek dient te gebeuren om dit vermoeden te bevestigen. De bekomen inzichten van dit onderzoek zullen gebruikt worden om de praktijkrichtlijn ‘Streven naar een fixatiearme thuiszorg’ aan te passen.

Keywords


Dissertation
De betrokkenheid van intensieve zorgen verpleegkundigen bij beslissingen omtrent therapiebeperking

Loading...
Export citation

Choose an application

Bookmark

Abstract

ABSTRACT Achtergrond: Intensieve zorgen verpleegkundigen bevinden zich in een unieke positie, nabij de patiënt en diens familie, om een bijdrage te leveren aan de besluitvorming omtrent therapiebeperking. In de literatuur is er consensus dat goede interdisciplinaire communicatie en samenwerking belangrijk zijn in het bereiken van een kwaliteitsvolle besluitvorming. Verpleegkundigen worden echter niet steeds betrokken in het beslissingsproces. Daarnaast is er onduidelijkheid over de precieze rollen die zij kunnen opnemen in dit proces. Doelstelling: Het doel van dit onderzoek is om vanuit de ervaringen van intensieve zorgen verpleegkundigen inzichten te ontwikkelen over hoe zij worden betrokken bij de beslissing omtrent therapiebeperking, welke rollen zij opnemen in dit proces en welke factoren zij hierbij als belemmerend of bevorderend ervaren. Design: Het Grounded Theory design werd gehanteerd. Methodologie: Er werden 16 individuele, semigestructureerde diepte interviews afgenomen tussen december 2017 en maart 2018. De data-analyse verliep simultaan en interactief met de datacollectie met behulp van de Qualitative Analysis Guide of Leuven (QUAGOL) en het software programma NVivo, versie 11. Resultaten: De verpleegkundigen beschrijven hun betrokkenheid niet louter als een bijdrage aan de besluitvorming zelf maar ervaren dit veel ruimer, als het geven van goede zorg aan de patiënt en diens familie. Dit kunnen zij bereiken dankzij het opnemen van een communicatief verbindende rol en het bijstaan van de familie gedurende het gehele proces omtrent therapiebeperking. De mate waarin ze hun bijdrage kunnen leveren aan de besluitvorming en deze rollen kunnen opnemen in het gehele proces omtrent therapiebeperking lijkt samen te hangen met de communicatiecultuur op de afdelingen en enkele organisatorische aspecten. Het besluitvormingsproces gaat voor de verpleegkundigen gepaard met zowel positieve als negatieve gevoelens. Deze lijken voornamelijk samen te hangen met het al dan niet kunnen leveren van goede zorg dankzij open communicatie omtrent het therapieplan met de arts en de mate waarin ze effectief betrokken worden bij de besluitvorming. Conclusie: Alle geïnterviewde verpleegkundigen ervaren het bijstaan van de familie en het opnemen van een communicatief verbindende rol als hun voornaamste bijdrage in het bereiken van goede zorg tijdens het beslissingsproces omtrent therapiebeperking. Uit de resultaten komt variabiliteit naar voor in de ervaringen van de verpleegkundigen. Deze lijkt voornamelijk verklaard te worden door de communicatiecultuur. Relevantie voor de praktijk: De kernbevindingen die aan bod komen in dit onderzoek, alsook de positieve en negatieve gevoelens die worden blootgelegd, duiden op het belang van goede communicatie en samenwerking tussen artsen en verpleegkundigen in het bereiken van een kwaliteitsvolle besluitvorming omtrent therapiebeperking.

Keywords


Dissertation
Measuring Moral Courage of nurses in Flanders, Belgium: Dutch translation of Nurses’ Moral Courage Scale and a descriptive cross-sec tional study

Loading...
Export citation

Choose an application

Bookmark

Abstract

Purpose: The objective of this study is to make a Dutch translation of the Nurses’ Moral Courage Scale (NMCS), to describe the level of nurses’ self-assessed moral courage and associated sociodemographic factors in Flanders, Belgium and to provide data for further international research. Background: A 21-item scale was validated in 2018 in Finland with the purpose of measuring moral courage among nurses. The NMCS consists of 4 subscales: Compassion and true presence, moral responsibility, moral integrity and commitment to good care. Methods: A forward/backward translation method was applied to translate the English NMCS to Dutch and a pilot study was conducted to improve readability and understandability. A nonexperimental, descriptive, cross-sectional exploratory design was used to conduct a survey on a convenience sample of nurses in a major university hospital in Belgium. Descriptive analysis was used. Findings: A total of 353 nurses (response rate 45.4%) completed the Dutch NMCS. Nurses’ mean score of the 21-item NMCS was 3.80 (SD: 0.55, range: 2.24–5). The Dutch NMCS had a total Cronbach alpha of 0.906. The total NMCS score was associated with age (P<0.001), experience (P<0.001), professional function (P<0.001), level of education (P=0.027) and personal interest. (P<0.001). Conclusion: Moral courage, as a virtue, is a skill that may be gained over time and taught through school curricula, self-study and employee workshops. Environmental factors such as the organization's hierarchy and climate may have an impact on the level of moral courage of nurses. Creating a culture which enables moral courage can be a first step to enhance this virtue in nurses. Key words: moral courage, nursing ethics, virtue ethics, moral distress, instrument translation, cross sectional study.

Keywords


Dissertation
Wat ervaren oncologische verpleegkundigen als remmende en ondersteunende factoren bij het begeleiden van familie tijdens het waakproces?

Loading...
Export citation

Choose an application

Bookmark

Abstract

Achtergrond: De meerderheid van de patiënten komt te overlijden in het ziekenhuis. Hier worden patiënt en familie begeleid door de verpleegkundige die ook het waakproces zal begeleiden. Er zijn reeds studie gevoerd naar de impact die zo’n begeleiding heeft op de verpleegkundige. Er is echter nog niet bekend welke factoren een invloed hebben op deze begeleiding en de ervaring ervan door de verpleegkundige. Doelstelling: Met deze studie willen we onderzoeken welke factoren door de verpleegkundige als ondersteunend of belemmerend worden ervaren in de begeleiding van familie tijdens een waakproces. Als deze factoren geïdentificeerd kunnen worden, kan dit ervoor zorgen dat de verpleegkundigen beter op deze factoren kunnen letten. Design en methode: Met behulp van diepte-interviews werd gepeild naar de ervaringen van verpleegkundigen met begeleiding van familie tijdens waakprocessen. De verpleegkundigen waren afkomstig van 2 oncologische afdelingen, hemato-oncologie en pneumologie, van het Universitair Ziekenhuis Gasthuisberg te Leuven. De interviews werden geanalyseerd en bestudeerd volgens de Grounded Theory Benadering. QUAGOL en ook het softwareprogramma NVivo werden gebruikt als hulpmiddel ter verwerking van de resultaten. Resultaten: De beïnvloedende factoren worden voornamelijk bepaald door de interactie tussen verpleegkundige en de familie. De eigen beleving van emoties, ervaring, persoonlijkheid en visie van de verpleegkundige bepalen hoe deze ten opzichte van het waakproces zal staan. Bij de familie bepalen hun kwetsbaarheid, visie en persoonlijkheid ook hoe ze tegenover het waakproces staan. Wederzijdse communicatie tussen de verpleegkundige en de familie speelt ook een grote rol. Verder wordt de interactie tussen de verpleegkundige en de familie nog beïnvloed door de arts, de patiënt en de afdeling. Conclusie: Dit onderzoek toont aan dat de beïnvloedende factoren in elke situatie anders kunnen zijn en telkens een ander effect kunnen hebben. Algemeen werd er wel bevonden dat rust, comfort van de patiënt en een vroegtijdig, goed ingelichte familie belangrijke factoren zijn. Een verschil in visie was een belangrijke belemmerende factor. Relevantie voor de praktijk: De resultaten van deze studie kunnen verpleegkundigen helpen om beter in te schatten welke factoren belangrijk zijn in de begeleiding van familie tijdens een waakproces en hoe ze, door hieraan te denken, de familie beter kunnen begeleiden. Het kan ook bijdragen tot betere ondersteuning van de verpleegkundige bij deze emotioneel zware taak. Verder levert het ook een bijdrage aan de theorie aangezien er nog maar weinig kennis beschikbaar is over dit onderwerp

Keywords


Dissertation
Exploratie van de verschillen in ervaringen tussen artsen en verpleegkundigen met betrekking tot het ethische besluitvormingsproces rond het levenseinde.
Authors: --- ---
Year: 2006 Publisher: Leuven K.U.Leuven. Groep Biomedische wetenschappen. Departement Maatschappelijke gezondheidszorg

Loading...
Export citation

Choose an application

Bookmark

Abstract

Keywords


Dissertation
Measuring Moral Courage of nurses in Flanders, Belgium: Dutch translation of Nurses’ Moral Courage Scale and a descriptive cross-sec tional study

Loading...
Export citation

Choose an application

Bookmark

Abstract

Purpose: The objective of this study is to make a Dutch translation of the Nurses’ Moral Courage Scale (NMCS), to describe the level of nurses’ self-assessed moral courage and associated sociodemographic factors in Flanders, Belgium and to provide data for further international research. Background: A 21-item scale was validated in 2018 in Finland with the purpose of measuring moral courage among nurses. The NMCS consists of 4 subscales: Compassion and true presence, moral responsibility, moral integrity and commitment to good care. Methods: A forward/backward translation method was applied to translate the English NMCS to Dutch and a pilot study was conducted to improve readability and understandability. A nonexperimental, descriptive, cross-sectional exploratory design was used to conduct a survey on a convenience sample of nurses in a major university hospital in Belgium. Descriptive analysis was used. Findings: A total of 353 nurses (response rate 45.4%) completed the Dutch NMCS. Nurses’ mean score of the 21-item NMCS was 3.80 (SD: 0.55, range: 2.24–5). The Dutch NMCS had a total Cronbach alpha of 0.906. The total NMCS score was associated with age (P<0.001), experience (P<0.001), professional function (P<0.001), level of education (P=0.027) and personal interest. (P<0.001). Conclusion: Moral courage, as a virtue, is a skill that may be gained over time and taught through school curricula, self-study and employee workshops. Environmental factors such as the organization's hierarchy and climate may have an impact on the level of moral courage of nurses. Creating a culture which enables moral courage can be a first step to enhance this virtue in nurses. Key words: moral courage, nursing ethics, virtue ethics, moral distress, instrument translation, cross sectional study.

Keywords


Dissertation
Ervaringen en percepties van ouderen die thuis in hun vrijheid beperkt worden

Loading...
Export citation

Choose an application

Bookmark

Abstract

Het doel van deze studie is inzicht te verwerven in de ervaringen en percepties van ouderen die thuis in hun vrijheid beperkt worden. Zo kunnen deze begrepen worden en in rekening genomen worden bij de evidence-based guideline ‘Streven naar een fixatie-arme thuiszorg’. Steeds meer oudere personen verkiezen om zo lang mogelijk thuis te blijven wonen. Thuis verblijven met ondersteuning van mantelzorgers en thuisverpleegkundigen kan hier als alternatief fungeren voor een opname in een woon- en verzorgingscentrum. In deze setting komt het gebruik van vrijheidsbeperkende maatregelen voor. De stem van de patiënt is van groot belang om te begrijpen wat er zich afspeelt in de thuiszorg in verband met vrijheidsbeperkende maatregelen en hoe dit door de patiënt ervaren wordt. Om de kernervaringen van oudere personen die thuis in hun vrijheid beperkt worden te begrijpen werd een kwalitatief, interpretatief fenomenologisch onderzoek uitgevoerd. Het onderzoek werd uitgevoerd in de thuiszorgsetting in en rondom Leuven (Vlaams-Brabant). De data werd verzameld met behulp van semi-gestructureerde diepte interviews bij zes thuiswonende ouderen. Aan de hand van de methode, beschreven in Qualitative Analysis Guide of Leuven (Quagol), werd de data geanalyseerd. Deze studie geeft aan dat het toepassen van vrijheidsbeperkende maatregelen een ingrijpende ervaring kan zijn met een grote psychosociale impact op de oudere persoon. In de eerste plaats kan vrijheidsbeperking de ervaring teweegbrengen dat de identiteit van de oudere persoon wordt aangetast. Dit hangt nauw samen met de ervaring niet autonoom te kunnen functioneren. Verder kunnen ouderen een gevoel van eenzaamheid ervaren als zij in hun vrijheid beperkt worden. Een wens tot activatie kan eveneens ervaren worden. Daartegenover toont dit onderzoek aan dat ouderen vrijheidsbeperkende maatregelen niet steeds als een beperking van hun vrijheid ervaren. De resultaten suggereren dat het soort maatregel dat wordt toegepast, en de mate van inspraak die ouderen krijgen in de beslissing tot vrijheidsbeperking, een rol spelen in hun ervaring omtrent vrijheidsbeperking. Dit onderzoek verschaft inzicht in de ervaringen en percepties van ouderen die thuis in hun vrijheids beperkt worden. Tijdens deze studie werd duidelijk dat data verzamelen binnen deze populatie, omtrent dit geladen onderwerp, een grote uitdaging vormt. De potentiële psychosociale impact van vrijheidsbeperkende maatregelen op de oudere persoon, zoals gesuggereerd in dit verkennend onderzoek, onderstreept het belang van verder onderzoek. De impact van vrijheidsbeperkende maatregelen moet verder onderzocht worden om de ervaringen van deze populatie ten volle te kunnen begrijpen. Zo kan hier rekening mee gehouden worden in de zorg en kunnen de bekomen inzichten geïntegreerd worden in de evidence-based guideline ‘Streven naar een fixatie-arme thuiszorg’.

Keywords


Dissertation
Hoe verpleegkundigen ondersteunen in het omgaan met tijdsdruk: ervaringen van hoofdverpleegkundigen

Loading...
Export citation

Choose an application

Bookmark

Abstract

Achtergrond: Tijdsdruk bij verpleegkundigen is de laatste jaren enorm gestegen wat bij hen voor stress kan zorgen. Leiderschap zou een belangrijke impact hebben op de manier van omgaan met tijdsdruk door verpleegkundigen. Hoe dit leiderschap in het ondersteunen van verpleegkundigen door hoofdverpleegkundigen zelf ervaren wordt, is nog niet geweten. Doelstelling: Deze masterproef heeft als doel theoretisch inzicht te brengen in hoe hoofdverpleegkundigen hun rol ervaren in het ondersteunen van verpleegkundigen met tijdsdruk en welke factoren hen in die rol hinderen of faciliteren. Design: Voor deze masterproef werd een kwalitatieve Grounded Theory benadering gehanteerd. Methodologie: Dertien hoofdverpleegkundigen van verblijfsafdelingen uit twee ziekenhuizen werden geselecteerd door middel van een doelgerichte steekproeftrekking. Een korte vragenlijst en semigestructureerde diepte-interviews werden gehanteerd om een antwoord op de onderzoeksvraag te formuleren. Daarnaast werd de data-analyse uitgevoerd met behulp van de Qualitative Analysis Guide of Leuven (QUAGOL). Resultaten: Volgens hoofdverpleegkundigen zijn de oorzaken voor tijdsdruk bij verpleegkundigen: de zorgzwaarte, organisatorische problemen en de inzetmogelijkheden en karakteristieken van het team. Respondenten geven aan dat zij rust willen creëren voor verpleegkundigen die onder tijdsdruk staan door te communiceren, laagdrempelig te zijn, te motiveren en proactief en reactief structuur te creëren. Ze ervaren in hun rol ook belemmeringen zoals hun eigen tijdsdruk, de perceptie van tijdsdruk en hun positie tussen de verpleegkundigen en de directie. Steun van collega’s, de teamsamenstelling op zich en het zorgzwaarte instrument zijn zaken waarvan hoofdverpleegkundigen zeggen dat ze het makkelijker maken in hun rol. Conclusie en relevantie voor de praktijk: Hoofdverpleegkundigen wensen ter ondersteuning van verpleegkundigen met tijdsdruk een combinatie van leiderschapspraktijken te hanteren die te linken zijn aan kenmerken van zowel het relatiegericht als het taakgericht leiderschap. Dit met de bedoeling om rust te creëren bij verpleegkundigen. Als hoofdverpleegkundige is het daarnaast belangrijk om verpleegkundigen inspraak te geven in de werking van de afdeling.

Keywords


Dissertation
Hoe beleven verpleegkundigen hun betrokkenheid in het zorgproces voor een patiënt die euthanasie vraagt en welke factoren beïnvloeden dit? Een kwalitatieve studie in Vlaanderen.

Loading...
Export citation

Choose an application

Bookmark

Abstract

Achtergrond: Euthanasie is in België gelegaliseerd sinds 28 mei 2002. In heel de wereld worden er steeds vaker discussies gevoerd over het al dan niet legaliseren van euthanasie. Ondanks eerder onderzoek dat de beleving van de verpleegkundigen in kaart bracht, is het nog niet duidelijk wat deze beleving precies beïnvloedt en hoe verpleegkundigen nu, 15 jaar na de legalisering, hun betrokkenheid ervaren. Doelstellingen: Het doel van deze studie is om te onderzoeken hoe Vlaamse verpleegkundigen in de thuiszorg en in het ziekenhuis hun betrokkenheid in de zorg voor een patiënt die euthanasie vraagt beleven en welke factoren deze beleving beïnvloeden. Design en methode: Voor dit onderzoek werd er gebruik gemaakt van een grounded theory design. Aan de hand van 26 semi-gestructureerde diepte interviews werd er data verzameld tussen december 2016 en april 2017. De data werd geanalyseerd aan de hand van Qualibuddy met behulp van de software NVivo. Resultaten: De beleving van de verpleegkundigen in het zorgproces voor een patiënt die euthanasie vraagt is erg divers. Al de geïnterviewde verpleegkundigen geven aan dat het zorgproces ingrijpend is en dat hun betrokkenheid hierin niet vanzelfsprekend is. Er komen zowel positieve als negatieve gevoelens naar boven. Enerzijds halen verpleegkundigen voldoening uit de zorg en geven ze aan zich in een bevoorrechte positie te bevinden. Anderzijds ervaren ze soms gevoelens van frustratie omdat de zorg niet verloopt zoals gewenst of omdat ze vinden dat de patiënt te snel voor euthanasie kiest. Wie de verpleegkundige is als persoon blijkt een belangrijke rol te spelen in de beleving. Verder blijkt ook de context waarin de euthanasievraag gesteld wordt en later de euthanasie wordt uitgevoerd een invloed te hebben op de beleving van de verpleegkundigen. Conclusie: De beleving van de verpleegkundigen is erg divers. Iedere verpleegkundige vult zijn/haar betrokkenheid op een persoonlijke manier in, wat zorgt voor verschillende ervaringen. Er is meer onderzoek nodig over de beleving van psychiatrische verpleegkundigen en verpleegkundigen met een negatieve visie ten aanzien van euthanasie. Relevantie voor de praktijk: In het zorgproces is het noodzakelijk dat de verpleegkundige voldoende tijd heeft om de euthanasie voor te bereiden en dat er een goede communicatie is binnen het hele team. Zowel de hoofdverpleegkundige als de artsen moeten hier aandacht aan besteden.

Keywords


Dissertation
Exploratie van de determinanten van een kwalitatief hoogstaande palliatieve zorg voor de patiënt op een palliatieve zorgeenheid vanuit het perspectief van de naasten.
Authors: --- --- ---
Year: 2006 Publisher: Leuven K.U.Leuven. Groep Biomedische wetenschappen. Departement Maatschappelijke gezondheidszorg

Loading...
Export citation

Choose an application

Bookmark

Abstract

Keywords

Listing 21 - 30 of 87 << page
of 9
>>
Sort by